De najaarseditie van Hollandsch Slapen trok meer en vooral kwalitatieve bezoekers. Het kleinschalige evenement lijkt een succesformule en tegelijkertijd rijst de vraag: hoe nu verder?
De afgelopen dagen (6, 7 en 8 september) in Utrecht gehouden editie van Hollandsch Slapen tok 333 bedrijven en dat is bijna 19% meer dan de vorige keer. Het aantal bezoekers steeg wat minder wat betekent dat per bedrijf minder mensen kwamen, een tendens die op veel beurzen al jarenlang gaande is. Overigens wil Hollandsch Slapen zich niet afficheren als beurs, maar als evenement. Kleinschaligheid, een fraaie locatie en een goede 
catering zorgen voor een prettige sfeer waarbij bezoekers en deelnemers ongedwongen, maar efficiënt kunnen opereren. De positieve stemming, het juiste weer (grijs, soms zon, soms regen) en wellicht de aantrekkende verkopen in de winkels zorgden volgens organisator Herman Jurrius voor een positieve stemming.
Frequentie evenement
De eerste editie van Hollandsch Slapen was in maart 2014 en dit jaar zowel in februari als september. De formule lijkt aan te slaan, maar het is de vraag of de frequentie van tweemaal per jaar haalbaar is. De deelnemers bestaan uit enerzijds aanbieders van matrassen en bedden en anderzijds uit aanbieders van bedtextiel. Van matras- en bedfabrikanten is het niet realistisch om te verwachten dat zij 
tweemaal per jaar met iets nieuws (kunnen) komen, bij met name leveranciers van dekbedovertrekken is een splitsing van voor- en naseizoen essentieel. Volgens Jurrius is het nog te vroeg om hier uitspraken over te doen. ‘We gaan het binnenkort evalueren.’