Volgende week worden in Gorinchem de Vakdagen Parket & Woninginrichter gehouden. De naam is uitvloeisel van de geschiedenis van de beurs die in 2005 in Rijswijk begon als Vakbeurs Vloeren. Belangrijkste productgroepen waren parket en laminaat en belangrijkste bezoekersgroep was de parketteur. De beurs verhuisde naar Gorinchem, tapijt kwam erbij, daarmee werden ook woninginrichters een doelgroep en de naam veranderde in Vakdagen Parket & Woninginrichter, nu soms afgekort tot VPWI.
Bier en ballen
Toen de crisis uitbrak in 2008 en vakbeurzen grote klappen kregen, bleek het concept in Gorinchem een gouden greep. Een schappelijke prijs voor exposanten, vrij kleine, uniforme en kale stands plus gratis parkeren en catering. Geen esthetische poespas met fraaie stands, maar wel bier en (gehakt/bitter)ballen. Parketteurs kwamen er met graagte op af want het was vooral een doe-beurs; er werd op de beursvloer gezaagd, gewaxed, geolied en geschuurd. Het modewoord beleving moest nog uitgevonden worden, maar in Gorinchem was het volop aanwezig. Vooral toen het Nederlands Kampioenschap Parketleggen werd binnengehaald bleek dat een trekker van jewelste. In tegenstelling tot het Nederlands Kampioenschap Woningstofferen dat er ook aanschoof. Dat bleef in beleving, aantrekkingskracht en deelname beduidend achter.
Meer zachte producten
Het NK Parketleggen werd een kleine twee weken geleden gehouden tijdens de Parket Ambachtsdagen van groothandel Plinten en Profielencentrale (PPC) tijdens hun superhuisshow. Dat is een fikse aderlating voor de beurs in Gorinchem. Ook PPC zelf, altijd prominent aanwezig op de beurs, zal er nu niet zijn. Net als een aantal andere bedrijven. Het aandeel harde vloeren is aanmerkelijk geslonken, het aandeel ‘zacht’ is gestegen waarbij het niet alleen gaat om tapijt, maar om raamdecoratie, gordijn- en meubelstoffen. Woninginrichters zullen het waarderen, de vraag is of parketteurs zich nog in ‘hun’ beurs zullen herkennen.
Verkeerde beleving
Tijdens de komende editie zal het NK Woningstofferen plaatsvinden, maar (maximaal) negen deelnemers is nogal karig. Wel zijn er demonstratie’wedstrijden’ meubelstofferen door leerlingen van het Hout- en Meubileringscollege. Het is te hopen voor de beursorganisatie dat dit genoeg belangstelling oplevert want het programma om meer ‘beleving’ op de beursvloer te brengen lijkt mij ingegeven door mee te doen met de mainstream gedachte dat je lezingen tijdens een beurs moet houden en trends moet laten zien. Ik schat in dat de bezoekers van de beurs daar niet op zitten te wachten. En dat bij een krimpend aantal exposanten.
Mogelijkheden
Maar ik kan mij vergissen. De inhoudelijke verbreding kán gunstig uitpakken. De verplaatsing van voorjaar naar najaar lijkt een goede greep voor de ‘stoffendeelnemers’ hoewel het aanbod hierin mager is. De beurs lijkt nu inhoudelijk enigszins op de terziele gegane luxe aangeklede beurs Woonmodecity (van 2001 tot 2006 gehouden) en nog meer op Interdecor, dé beurs voor de woninginrichter die in de jaren 80 en 90 furore maakte. Misschien liggen de meeste mogelijkheden tot verbetering in fysieke verplaatsing van de beurs. Of bij ideeën van de (sinds kort) nieuwe eigenaar, het Belgische Artexis Easyfairs, een internationale organisator van beurzen en beheerder van expohallen en congrescentra. Misschien wordt het dan wat met de Vee Pee Wee Ie.
Aribert Guiking