Eergisteren werd Saar Berks uit Rotterdam eerste tijdens het Nederlands Kampioenschap Parketleggen. In een dag tijd moest zij een werkstuk - zeg maar gewoon een stuk werk - afleveren waarin duidelijk zou worden dat zij ontzettend goed is in haar vak. Dat vak is parket leggen. Geen plankjes leggen zoals je als doe-het-zelver een laminaatvloertje in elkaar flanst, maar een klein vloertje leggen waar het vakmanschap van af spettert.
De winnares moest het opnemen in een veld van vrijwel uitsluitend mannen. Logisch, want parketleggers zijn bijna altijd mannen. Saar zal vroeger ongetwijfeld in een roze prinsessenjurkje hebben rondgedarteld en wellicht zal ze nu af en toe een jurk dragen, maar tijdens de wedstrijd droeg ze gewoon een broek. Niet omdat ze zo nodig genderneutraal wilde strijden, maar in een jurkje op de blote knietjes een vloer leggen is niet zo praktisch. Een broek met versterkte kniestukken is wel zo handig en dat heeft niks met sexe te maken.
Saar had ook niet de mogelijkheid om haar vrouwelijke charmes in de strijd te werpen want het ging puur om het resultaat. Het was een overwinning op punten en daarin scoorde ze net iets beter dan haar mannelijke concurrenten. Maar, gaf ze zelf toe, ‘de top 6 zat dicht bij elkaar. Het ging niet alleen om vakmanschap, maar om slimmigheid.’
Die slimmigheid zat volgens haar in de voorbereiding. Een deel van de wedstrijdopdracht was vrij in te vullen en daarvoor moesten de deelnemers voor de wedstrijd een voorstel indienen. Om anderen de loef af te steken, resulteerde dat in pittige ontwerpen die vervolgens gerealiseerd moesten worden. Weten wat haalbaar is in 8,5 uur vereist niet alleen vakmanschap, maar ook overzicht en planning, aldus de winnares.
Met haar ervaring als parketteurster (bestaat dat woord?) en haar wedstrijdervaring lukte dat uitstekend. De laatste jaren eindige ze in de top drie en vorig jaar was ze zelfs de beste. Sinds een jaar heeft ze haar eigen bedrijf en de resultaten tijdens de kampioenschappen zet ze bewust in om de eigen zaak te promoten. Opdrachtgevers willen volgens Berks graag weten wie de mens achter het product is dus staan de behaalde prijzen duidelijk vermeld op haar site en Facebookpagina. ‘Door deelname aan de wedstrijd laat je zien dat je gedreven bent. Jezelf uitdagen, iets doen wat dicht bij jezelf ligt en dat met passie doen, dat is belangrijk,’ zegt zij.
Ik kan het woord passie niet meer horen omdat iedereen het gebruikt voor van alles en nog wat, maar in dit geval is het op haar/zijn plaats. Mannen zullen na het behalen van de winst waarschijnlijk zeggen dat ze gewoon de beste waren. In dit geval zegt de winnares in feite dat ze de slimste is. En daardoor de beste. Een nuance, maar net het verschil om het uiteindelijke verschil te maken.
Toch blijft een ding hetzelfde. Het woord parketteurster blijkt niet te bestaan en kent alleen de mannelijke vorm. Saar Berks mag zich al een tijdje tooien met een titel die je niet via een wedstrijd wint en die luidt: Meester Parketteur.
Dat staat best stoer voor een meisje.
Of mag ik dat niet meer zeggen?
Aribert Guiking