Het is redelijk stil op en rond de meubelboulevards. Ondanks de opgeleefde huizenmarkt en het positieve consumentenvertrouwen rollen de euro's niet zo makkelijk naar de randen van dorpen en steden, dé vestigingsplek voor meubelboulevards. De oorzaken zijn divers, maar het is een teken aan de wand dat Ikea op kleine schaal experimenteert met stadswinkels en dat lijkt te willen uitbreiden. Gamma en Praxis, ook veelal gevestigd in de periferie, zijn dat stadium reeds voorbij en hebben al een aantal stadswinkels. Daar bieden ze een beperkt assortiment voor 'de kleine klus'.
Achtergrond is het gegeven dat met name jongeren geen auto hebben of geen zin hebben om met de bus of fiets naar zo'n bouwmarkt in de verte te gaan. Voor de kleine klussen van de stadbewoner – jong of oud – is er een bakfiets beschikbaar bij de in het centrum gevestigde winkels.
Ook figuurlijk is het stil rond de meubelboulevards, hoewel brancheorganisatie INretail bezig is met een onderzoek naar de 'vitale buitenstad' waarbij gekeken wordt naar 'kansarme en kansrijke' plekken. Uitkomsten van het onderzoek zullen gedeeld worden met gemeenten, retailers en vastgoedboeren en ik geef hen hierbij vast wat tips.
In Duitsland bestaan geen meubelboulevards, maar wel gigantische Möbelpaläste waar je 2 Ikea's in kunt onderbrengen. Het lijkt erop dat de Duitse consument daar warm voor loopt want bijna iedere maand wordt er zo'n megawinkel geopend. Dat gaat al jaren zo.
Toch lijkt het tij te keren. In Neu-Ulm, een stadje tussen Stuttgart en München, verhuurt Möbel Mahler een deel van zijn winkel aan een supermarkt en een modeketen. Na de zomer komt er een fietsenzaak bij die groot genoeg is om er een indoor parcours neer te leggen om fietsen te testen. Nu is heel Nederland voorzien van zo'n parcours, maar zoiets biedt wel kansen voor wegkwijnende meubelboulevards waar bejaarden in de winter hun e-bike kunnen uitproberen. En waar hun kleinkinderen kekke BMX-jes kunnen testen. Samen fietsen, samen vallen; dat wordt dolle pret.
Wie nog ruimer denkt, ziet al een indoor kartbaan op zo'n boulevard. Kwestie van muren tussen de verschillende panden uitbreken en het – inmiddels vrijwel werkloze – parkeerterrein ombouwen tot slipschool voor gewone auto's. In het winterseizoen wordt dat een ijsbaan die gekoeld wordt met zonnepanelen op de daken van de voorheen-meubelboulevard. Met doordeweeks een ijsspeedway voor senioren die daar op hun e-motoren met spikes zich lekker kunnen uitleven.
In de zomer staat alles in het teken van skeeleren, dat spreekt. Het geheel leidt tot het ontdekken van toekomstige Sven Kramertjes en Ireentjes zodat een hoge plaats in het medailleklassement tijdens de Olympische Spelen verzekerd is. O ja, en dan vergeet ik nog de workshops van Max Verstappen, van jongs af aan opgegroeid met eindeloos karten.
Een andere mogelijkheid voor een tot leegstand gedoemde meubelboulevard is een indoor zwemparadijs. Mocht dat niet lukken, dan is het probleemloos om te bouwen tot paddokwekerij zoals in Rotterdam gebeurde met het recreatiepaviljoen Tropicana. Of je laat de kids er dijken bouwen en die weer doorsteken want we moeten altijd rekening houden met het wassende water. Resterende ruimtes worden omgebouwd tot pick up points voor online bestelde producten waardoor er geen fileveroorzakende busjes meer hoeven te rijden door woonwijken.
Kortom, geef die meubelboulevards een andere bestemming waardoor leegstand wordt voorkomen en tegelijkertijd de overlevende retailers lekker een tokootje in de stad kunnen openen.
Aribert Guiking