De koers van de beurs (5)
Zoals de beurskoersen stijgen en dalen, zijn ook vakbeurzen in beweging. Komt er wellicht samenwerking in het versnipperde beurzenlandschap in Nederland? Profiteren buitenlandse beurzen van die kleinschalige Nederlandse beurzen? Beursorganisatoren vertellen over de stand van zaken.
Welke beurs/beurzen vertegenwoordig je en wat is je functie hierin?
‘Ik ben de Nederlandse vertegenwoordiger van Promosalons en vertegenwoordig zo’n 25 beurzen die in Frankrijk worden gehouden. Een daarvan is Maison & Objet.’
Hoe gaat het met de beurs?
‘Het gaat goed. De cijfers wijzen het uit: er is zowel groei bij het aantal exposanten als het aantal bezoekers. De groei van Maison & Objet is eind jaren negentig begonnen. Toen is men allerlei kleine beursjes gaan opkopen, die zijn samengevoegd en daar is een sterk concept van gemaakt. De organisatie zit dicht op de markt en is constant op zoek naar nichedoelgroepen en die worden wereldwijd onderzocht. De beurs wordt steeds internationaler en terwijl veel beurzen minder worden, moeten we soms met wachtlijsten werken. Het gaat in eerste instantie om de beurs, maar Parijs als stad speelt een rol. Je vindt er makkelijk een hotel en veel mensen trekken na de beurs de stad in.’
Wat zijn de belangrijkste veranderingen die jullie de afgelopen jaren hebben gedaan om bezoekers te trekken?
‘We zijn minder blind gaan mailen en gaan partnerships aan met verenigingen die dan gratis toegang tot de beurs krijgen. Zij helpen ons daardoor met het promoten van de beurs. We hebben nu zo’n 10 partnerschappen, onder andere met het Nederlands Interieurinstituut. Zoals gezegd zoeken we naar nichedoelgroepen en zo kijken we nu bijvoorbeeld naar beautysalons en bloemistenzaken.’
Beurzen worden steeds meer relatieplatforms en het gaat steeds minder om directe ordering. Toch wil je je als beurs presenteren als podium vol noviteiten. Hoe communiceer je dat als beursorganisatie naar de bezoekers?
‘Er zijn op de beurs zeker noviteiten te zien. We presenteren dat in een trendforum wat we doen in samenwerking met grote trendbureaus. We nodigen fabrikanten uit om noviteiten in te sturen en dat zijn er altijd meer dan voldoende.’
Door allerlei omstandigheden kan een beurs‘krimpen’ en verbreding van het aanbod is een geijkt middel om het aantal exposanten en bezoekers op peil te houden. Doen jullie dat ook?
‘De beurs krimpt niet; er komt bijna ieder jaar een hal bij. We kijken wel naar verbreding, maar voeren dat alleen door als er behoefte is bij de bezoekers. Zo komen er meer modische dingen bij zoals shawltjes en kettingen en dan zou je dus kunnen denken aan woonaccessoirewinkels. Voor hen kan dat interessant zijn.’
Op vakbeurzen worden steeds vaker consumenten toegelaten, hoe staan jullie daar tegenover?
‘Consumenten worden niet toegelaten. Je moet van tevoren inschrijven en als je ter plekke een kaartje koopt, moet je je Kvk-nummer of businesskaart geven.’
Beursdeelname is niet goedkoop en het economisch tij zit niet mee. Wat heeft dat voor consequenties (gehad) in de m2 prijs?
‘Ik weet niet precies hoe de prijsontwikkeling is, maar we hebben geen moeite om de beurs vol te krijgen. Aan de prijs zal het dus niet liggen.’
Wat is het aandeel van Nederlandse exposanten aan de beurs en zitten daar verschuivingen in. Zo ja, welke?
‘Het worden er steeds meer, het schommelt nu tussen de 150 en 160 en ze komen uit alle hoeken. Er is dus geen onder- of oververtegenwoordiging van een bepaalde groep. Wij houden ons overig niet bezig met exposantenwerving, dat doet de organisatie. Wij doen de bezoekerspromotie.’
De Nederlandse bezoekers, hoe zit het daarmee?
‘ Het gaat uitermate goed. Vorig jaar september hadden we +20% ten opzichte van 2010 en dit voorjaar was het +24% vergeleken met een jaar eerder. En dat zijn geen luchtcijfers.’
Waarom zouden exposanten moeten deelnemen aan jullie beurs?
‘Maison & Objet is mooi en groot, de beurs groeit, er komen steeds meer bezoekers, er komen steeds meer internationale inkopers en het is gewoon op dit moment de beste beurs in de wereld. Het is the place to be.’
Dit is het vijfde artikel in een reeks over ontwikkelingen over vakbeurzen in Nederland en daarbuiten. Eerdere artikelen verschenen op 26 juni, 10, 20 en 25 juli.